Surfskieen

8 juli 2018 - Philipsburg, Nederlandse Antillen

En ineens ben ik een internationale sporter. Wie had dat gedacht, van het badmintonend bierteamlid naar Guadeloupe kampioen veteranen dames surfski.

zonsondergang st MaartenHet begon allemaal ergens op een zaterdag in december. Mijn collega had ons uitgenodigd voor een lesje surfskieen. Sporten is hier niet zo gewoon. De meeste mensen sporten niet of lopen een paar keer de weg op en neer. Ook in de dagelijkse activiteiten zit weinig lichaamsbeweging. Fietsen is hier geheel op eigen risico. En zonder fietspaden, verlichte wegen en met gaten in de weg is het risico vrij groot.  Surfskieen is een soort kayakken, maar dan anders. De boot heet een ski en is lang en smal. Met je voeten bedien je de pedalen om te sturen en je gebruikt een dubbele paddle. Het surfen komt van het surfen op de golven. Het idee is dat je met de golven mee vaart en zo de snelheid van de golf pakt en op de golf mee surft. Maar voor het zover is, moet je eerst heel veel leren. Het meest ingewikkelde (tenminste dat vind ik) is je balans. Omdat de boot vrij smal is, val je er makkelijk uit als je balans niet goed is. Of als er een golf tegen je boot aanslaat, of als er een snellere boot langs vaart, of als je even je aandacht verlegt naar een voorbij zwemmende schildpad of als de golven terugkaatsen van de kant, of als er opeens vliegende vissen in je boot springen, of.... je snapt het idee. Nu is het net als met fietsen, het is makkelijker als je meer vaart hebt, maar om de boot dan ook nog in de goede richting te krijgen.... Gelukkig is de zee groot en is er weinig verkeer (meestal). En je valt ook niet zo hard. Na de eerste les volgde er nog een paar en opeens had ik een nieuwe hobby. Niks zo fijn om na een werkdag binnen, naar het strand te rijden en in een bootje de ondergaande zon tegemoet te varen. En gelukkig, het strand heeft een bar, dus na afloop worden er ook hier biertjes gedronken.  De eerste paar keer had ik vooral spierpijn in mijn armen van het weer in de boot klimmen (want dat is biertjenatuurlijk niet zo makkelijjk als de wind je boot weg blaast en je met een hand de boot vast houdt, met de ander de peddel en dan nog elegant in de boot moet springen terwijl je aan het watertrappelen bent) Het is soms een hele worstelpartij. Maar ook daar wordt je handiger in. Na een aantal maanden mocht ik nog een extra dag komen paddelen, de “gevorderde groep”. Er waren weinig andere deelnemers en we zouden een wat langere tocht gaan maken. Ik koos een makkelijke boot, want er waren flinke golven en wind. Makkelijker in dit geval is breder, hoe brede de boot, hoe makkelijker het evenwicht te houden is. Het begon heel relaxed, we gingen tegen de golven in, moesten het reef oversteken (wat ik altijd wat spannend vind omdat dat heel ondiep is en als je omslaat ook gelijk open ligt, waardoor ik heel krampachtig ga peddelen, waardoor je veel sneller omslaat. Ook de golven bewegen daar anders en er zijn allemaal rotsen die je niet ziet, tot je er bijna op vaart. Maar ik had een makkelijke boot, dus dit overleefde ik zonder kleerscheuren) en dan ben je in de grote zee. Meestal vaar je eerst een stuk tegen de golven (en de wind) in om vervolgens om te keren en over de golven terug te surfen. Je slaat dus niet zoveel links of rechts af. Totdat ik voor me Stuart (de trainer) met een noodvaart linksaf zag gaan. Ik dacht nog hoe doet hij dat, de golven gaan die kant niet op. Tot ik naar rechts keek en daar alleen een muur van water zag. Het volgende moment lag ik in dat water, of onder water of ik weet niet waar in het water. De golf had me uit mijn boot gegooid en dan voelt het alsof je in een wasmachine zit en ben je boven en onder even kwijt. Toen ik weer boven kwam en om me heen keek, zag ik mijn boot een stukje verdop. Ik zwom er naar toe, maar voor ik de boot had bereikt was er een tweede golf. Toen ik weer boven kwam was mijn boot weg. Ohoh Daar drijf je dan in de zee, zonder boot (gelukkig met reddingsvest) en met hoge golven. Nadat ik ook de volgende golf vakkundig had doorstaan, was de zee weer rustig en kon ik om me heen kijken. Dat is een heel raar fenomeen heb ik later gehoord. Dan stuwt de wind en de stroming een korte rij van golven de “verkeerde” kant op. En na een aantal golven is het weer weg, tot de volgende serie komt. Ik heb het later nog een keer gezieik in de surfskin, toen ik nog veilig in de baai was. Het lijkt net alsof er opeens een rij golven oversteekt. In de verte zag ik Stuart en de anderen rustig dobberen en kijken wat ik aan het doen was. Ik riep heel voorzichtig HELP! En toen kwamen ze naar me toe. Het eerste dat me gevraagd werd was “waar is je boot?” Alsof ik dat op dat moment belangrijk vond. Vervolgens werd me gezegd dat ik naar t strand moest zwemmen. En weg was Stuart, op zoek naar mijn boot. Dus dan maar zwemmen. Dat is nog best ingewikkeld met een reddingsvest en peddel, en golven en stroming de verkeerde kant op. Ik moest ook nog opletten dat ik wel uitkwam bij het strand en niet bij de rosten die er om heen lagen. Maar toen ik eindelijk op het strand was, was daar ook mijn boot die keurig op de rotsen was beland.De schade viel  mee, alleen een gat net boven de waterrand, ik kon er nog wel mee terug naar de baai mee varen zei de trainer. Ondanks het feit dat ik vrij uitgeput was, aan t shaken van de schrik en meer van dat soort dingen die mij niet heel erg motiveerde om weer in t water te gaan, had ik weinig keus. Eenmaal weg van t strand en in wat rustiger water kreeg ik even tijd om op adem te komen. "Welcome in the advanced class", zei Stuart doodleuk. Ik had de kracht van de zee ervaren en overleefd. Na nog wat wijze lessen (gelukkig niet meer zo heftig), ontdekte ik ook de echte lol van t surfskieen, het surfen. Hoewel ik er nog altijd heel slecht in ben, geeft het een onwijze kick om de snelheid van de golf te voelen en er een stukje op mee te varen. De timing en snelheid zijn erg belangrijk, waardoor het me meestal nog niet lukt. Ook moet je de zee kunnen lezen en weten waar de golven heen gaan en wanneer je dus vaart moet maken. En toen kwam daar opeens de vraag van Stuart, waarom ga je niet mee naar Guadeloupe voor een race. Paniek, nu al, ik zit nog in een beginnersboot, ik heb nooit meer dan 8 km gevaren, de race is 14 km, enz. Het leek me een vrij onmogelijke ondernemening.Maar ik bleef oefenen, het ging steeds beter en Stuart bleef vragen. Bovendien waren er nieuwe boten gearriveerd, waarvan ik er gelijk eentje had omarmd, de Boost. Nog wel een wat bredere boot, op weg naar Guadeloupemaar ook een die reageerde op wat je deed en je het voelde als je een fout maakte, zonder er gelijk uit gegooid te worden. We trainden op wat langere afstanden, downwind (met de wind en golven mee, zoals alle wedstrijden ook zijn) en opeens zei ik ja, ik wil wel naar Guadeloupe. De voorbereidingen werden getroffen en zo zat ik opeens op vrijdagochtend om 5 uur op een trimaran (een catamaran met een extra drijver). Omdat het handig was om de ski’s mee te nemen naar Guadeloupe (die passen niet in het vliegtuig), en omdat het een leuke ervaring was om te zeilen gingen we met de Virgin Fire van Numberone SXM naar Guadeloupe. Het is afhankelijk van de wind een hele dag (of een hele lange dag) varen. In eerste instantie leek me dat een mooi avontuur, totdat ik na een uurtje mijn ontbijt had geloost in de zee. Zeeziekte is een raar fenomeen. Ik voelde me in principe best oke, totdat mijn maag aangaf dat die geleegd moest worden. En daarna ging het weer goed. Helaas hield mijn maag dit het grootste gedeelte van de reis vol. Toen t eenmaal weer donker werd kwam mijn maag tot rust. Uiteindelijk kwamen we rond 8 uur 's avonds aan in Guadeloupe. Het is wel grappig dat je als een soort smokkelaars in het donker aan wal kan worden gezet, zonder dat iemand uberhaupt weet dat je er bent. Na een fatsoenlijke nachtrust in het stapelbed, kon ik zien waar ik was aangekomen. Een wit strand, met palmbomen, groene heuvels en een blauwe zee. Een prachtig mooie plek. De race was pas op zondag, dus de zaterdag werd gebruikt om wat te zwemmen, de route van de race vast te verkennen en te niksen. We werden uitgenodigd door andere paddlelaars om te komen barbequen en het werd een hele gezellige avond.De volgende ochtend was racedag. We werden naar de start gebracht en het is bijzonder om te zien hoe ontzettend relaxed het er daar aan toe gaat. Iedereen bleek elkaar te kennen en er werd flink wat afgezoend, waarbij ik steeds vergat dat de Fransen maar 2 kussen geven ipv drie.Behalve surfskieers, deden er ook SUPpers (stand up paddlelaars) en OC-ers (dat is een soort surfski met een extra drijver naast de boot en een enkele paddle) mee.Het was mijn lucky day, want er was bijna geen wind. Gevolg was dat het eigenlijk een vlak water race was ipv een zee race.Ik kreeg een opdracht mee, zorg dat je eerder binnen bent finish Guadeloupedan de laatste SUPper, toch een soort van concurentie strijd. Daarnaast had ik voor mezelf bedacht dat ik in de buurt van Mary wou blijven. Mijn directe st Maartense concurent.Ik ging voortvarend van start, maar aangezien ik niet wist wie ik moest volgen richtte ik me op de SUPpers. Die waren een kwartier eerder gestart en heel duidelijk zichtbaar in de zee. Dus een mooi punt om naar toe te varen.Het eerste stuk was redelijk vlak, dus kon ik lekker doorvaren. Net toen ik wat meer moe begon te worden en dacht wat gas terug te kunnen nemen, werd ik ingehaald door Mary. Dat was ook net op het wat meer onrustige stuk met wat golfjes. Helaas, dan maar geen gas terug. En ik probeerde bij Mary in de buurt te blijven. Ik wist dat het laatste stuk heel vlak was en dat ik daar in het voordeel was, met een grotere boot, grotere paddles en meer massa om snelheid te maken. Tot mijn verbazing haalde ik Mary al eerder in dan ik dacht en heb toen de rest van de race maar hard door gepaddled. Gelukt! Ik was voor Mary binnen.Na de race begon het wachten op de prijsuitreiking. Ondertussen wilde verschillende mensen zowel mijn als Mary’s boot uitproberen, omdat dit een merk is dat nog weinig in Guadeloupe wordt gebruikt. Stuart had meerder boten om te verkopen bij zich en al snel werd er druk onderhandeld en uitgeprobeerd.En voor we het wisten waren onze boten verkocht....Mary en ik grapte al dat we maar een restaurant gingen beginnen aan het strand, bij gebrek aan een surfski.Gelukkig verkocht Stuart niet de trimaran en aan het einde van de zondag stapte we weer op de boot. Met een extra passagier, die we een lift gaven omdat hij anders maandagmorgen pas naar st Maarten zou kunnen vliegen.De terugreis was gelukkig een heel stuk comfortabeler. Het is mooi om in het donker te varen en de sterrenhemel te zien, en lichtgevende algen. Dat laatste was net vuurwerk. Elke keer als een van de drijvers op het water bonste, waren de algen zichtbaar, alsof het een vuurpijl was die uit elkaar spatte.Gezien mijn ervaring op de heenweg had ik toch maar wijselijk besloten om buiten te blijven, maar ook daar vond ik uiteindelijk wel een plekje om wat weg te doezelen.Het aantal kleuren van de zonsopgang is ook verbazingwekkend en t ging behoorlijk snel.Uiteindelijk kwamen we weer aan in st Maarten. Nadat de boot voor anker was gegaan, werden we weer naar de kant gebracht en was mijn avontuur weer afgelopen. Op naar de volgende race!

Van reisblog naar fotoboek
Laat een prachtig fotoboek afdrukken van je verhalen & foto's. Al vanaf € 21,95.
reisdrukker.nl

Foto’s

5 Reacties

  1. Irma:
    9 juli 2018
    Wauw! Goed verhaal weer ,Ik was er weer bij hoor. Wat een gaaf avontuur!
  2. Manon:
    9 juli 2018
    Haha, wat een ander leven zeg! Wat zal je spierballen krijgen :-). Geniet maar lekker!
  3. Kirsten Verdel:
    9 juli 2018
    Leuk!
  4. Renske:
    10 juli 2018
    Mooi “Boostcamp” avontuur!
  5. Sjoerd-Jan:
    13 juli 2018
    Maar op welke plek ben je nou uiteindelijk geëindigd? ;) Ik ken Guadeloupe vooral uit de serie "Death in Paradise", is het vergelijkbaar met St Maarten? Veel plezier met je nieuwe hobby!